Carmen 10 (in Dutch by Wouter) |
|
| |
Available in
Latin,
Brazilian Port.,
Chinese,
Croatian,
Dutch,
English,
Finnish,
French,
German,
Hungarian,
Italian,
Scanned, and
Vercellese. Compare two languages here.
|
|
| |
Vriend Varus had mij, niksend op het Forum,
meegenomen om z'n lief te bekijken.
Een kippetje - dat had ik toen direkt door -
niet zonder pit, en niet onaantrekkelijk.
Bij hem gekomen raakten we in gesprek
over dit en dat, ook over hoe het nu
in Bithynië was, hoe het er daar voorstond,
of er iets voor mij was overgeschoten.
Ik antwoordde naar waarheid: geen sou, niet voor
de praetor zelf, niet voor z'n staf, niets om
zelfs maar één buidel mee te spekken, zeker
bij ons, met zo'n verneuker van een praetor,
die werkelijk geen klap gaf om z'n gevolg.
'Maar', vroegen ze, 'je hebt toch wel het produkt
van de streek voor jezelf georganiseerd -
een stel draagstoeldragers?' Ik zei (en deed mij
dus om het kind als een geluksvogel voor):
'Nee, zó slecht was ik niet af, dat ik niet, al
had ik dan een snertprovincie getroffen,
acht kaarsrechte mannen kon bemachtigen!'
Maar ik had niemand, daar niet en hier niet, die
ook maar de gebroken poot van mijn oude
veldbed op zijn nek had kunnen hijsen...
Daarop sprak zij - net iets voor zo'n kleine del -:
'Toe Catullus, schat, leen ze me even, ja?
Ze kunnen me naar de Serapistempel
dragen.' Ik daarop tot het meisje: 'Ho, ho,
wacht even, wat ik zonet zei dat ik heb...
eens denken hoor: ja, een vriend van me, Gaius,
Gaius Cinna, heeft ze juist van me gekocht.
Maar - van hem of van mij, wat kan dat schelen?
Ik gebruik ze net als wáren ze van mij.
Maar jij, kind, bent een flauwerd en een lastpost:
van jou mag een mens zich niet eens vergissen!'
|
|
© copyright 30-8-2003 by Wouter |
|
| |